Werken met liefdesenergie. Ik wil vuur.

‘Mijn man en ik, we hebben niet zoveel meer met elkaar. We hebben besloten bij elkaar te blijven en elkaar vrij te laten. Op zich gaat dat best wel goed. Ik heb nu vijf jaar een relatie met een minnaar. Daar voelde ik me heerlijk bij. Mijn man heeft ook een relatie met iemand anders. We weten het van elkaar en we gunnen het elkaar. Als we allebei thuis zijn, slapen we bij elkaar, maar we hebben geen seks’. ‘En ik heb geen vraag van je’, interrumpeerde de begeleider. ‘Mijn vraag is… Ik bedoel …. Mijn minnaar heeft de relatie beëindigd’, verklaarde ze verontwaardigd. ‘Na vijf jaar! Hij heeft me aan de kant gezet’. ‘Dat komt wel vaker voor tussen minnaars’, wist de begeleider. ‘Elkaar vrijlaten. Wat is je vraag?’. ‘Nou ja, na vijf jaar’, protesteerde zij. ‘We hebben het al die tijd heel fijn met elkaar gehad. Ik weet dat hij een gezin heeft en dat is al die tijd goed samengegaan.  Maar nu…’ ‘Nu gaat het gezin blijkbaar voor en sta jij aan de kant’, concludeerde de begeleider. ‘Maar dat kan toch niet zomaar?’. ‘Je vraag’, sommeerde de begeleider met een wat strakkere stem. Het werkte. Ze dacht na. De wanhoop die de verontwaardiging droeg, keerde in verdriet. ‘Ik houd zo van seks. Ik houd van het vuur. Het lijkt nu even helemaal weg’. ‘Je tranen blussen het vuur’, zei de begeleider zachtjes. Ze keek hem triest aan. ‘Hoe kan dat nou toch, zo plotseling en zo abrupt?’, klaagde ze. ‘Dat kan omdat jij voor de tweede plek kiest’, antwoordde de begeleider. ‘Blijkbaar vind je jezelf niet belangrijk genoeg voor de eerste plek’. ‘Tweede plek?’, vroeg ze. ‘De prijs voor goede seks’, knikte de begeleider. ‘Je gaat een relatie aan met een man met een gezin’, zei de begeleider. ‘Jullie kennen elkaar blijkbaar al jaren. Je weet dus allang dat zijn gezin voor gaat. Je leeft in een relatie met je eigen man waar jullie allebei tevreden zijn met een tweede plek. Dat is een zilveren medaille voor de verliezers’. Vind je dat ik er verkeerd aan doe als ik…’ ‘Ik heb geen oordeel’, interrumpeerde de begeleider. ‘En als je een oordeel proeft, raad ik je aan het naast je neer te leggen. Het enige wat ik doe is je verhaal  teruggeven en dat is simpel zat. Jij kiest de tweede plek in ruil voor goede seks en dit is het gevolg’. De vrouw schakelde door naar boosheid. ‘Soms haat ik die lustgevoelens’, siste ze. Haar handen gleden naar haar kruis en klauwden. ‘Dan heb je er veel voor over om de tweede plek te behouden’, meende de begeleider. Ze keek hem verbaasd aan. ‘Hoe zo?’, vroeg ze. ‘Als je je eigen vuur zou doven, als je dat al zou kunnen, zou je dat alleen maar nog meer teleurstelling opleveren. Dan kies je voor geen partner en geen seks’. Ze keek hem aan. ‘Ik moet gaan voor de eerste plek’, begreep ze. ‘Dat zou wellicht een goed idee zijn’, meende de begeleider. ‘Ik ben een zelfstandige vrouw’, protesteerde zij. ‘Ik laat me niet gevangen zetten in een relatie’. ‘Jij bent een vurige vrouw’, reageerde de begeleider. ‘Een vrouw die niet weet hoe ze haar vuur brandend kan houden in een relatie. Zou het kunnen dat jij de seks gebruikt om de relatie te ontlopen?’ ‘Het is meer het avontuur’, bekende ze. ‘Misschien is het wel avontuurlijker om in een relatie te leven waarin het vuur blijft branden’, overwoog de begeleider. ‘Zou dat kunnen?’, aarzelde ze. ‘De relatie is liefde, seks is liefdesvuur’, antwoordde de begeleider. ‘Het vuur kan toch ook branden buiten de relatie?’, probeerde ze. ‘Dat heb je ervaren’, reageerde de begeleider. ‘Maar je kan je afvragen of dat je verlangen naar liefde vervult’. ‘Ik bang om een relatie aan te gaan’, bekende de vrouw. De begeleider knikte. ‘Er wordt in dit land heel wat afgeneukt om geen seksualiteit te hoeven ervaren’, bevestigde hij. ‘Ga je meer van seksualiteit genieten als je een relatie hebt?’, vroeg ze. ‘De relatie kan de bedding van liefde zijn waarin het vuur warmer kan branden’, zei de begeleider. ‘Dat is niet mijn ervaring’, overwoog ze. ‘Ik heb ook zo’n flauw vermoeden dat je niet veel ervaring met relaties hebt’, gaf de begeleider haar terug. Ze zat stil voor zich uit te kijken. Ze worstelde om haar tranen binnen te houden. ‘Ik moet hier over nadenken’, fluisterde ze. De begeleider knikte. ‘Ik denk dat dat hoog tijd is’, zei de begeleider. ‘Als je wilt, werken we morgen verder’.

‘Waarom stop je net op het moment dat een belangrijke stap gezet moet worden?’, protesteerde een deelnemer bij de nabespreking. ‘Omdat de voetafdruk van de eerste stap nog in de geest getekend moet worden’, antwoordde de begeleider. ‘Als je op de bestemming wilt komen, moet je weten waar je vandaan komt’. ‘En is een relatie noodzakelijk voor goede seks?’, aarzelde een andere deelnemer. ‘Goede seks is een feest voor de relatie’, antwoordde de begeleider. ‘Om op je bestemming te komen moet je weten waar je naar toe gaat’.