Werken met liefdesenergie. Hij is zomaar weggegaan
‘Hij is zomaar weggegaan’, huilde ze. Ze zat tegenover de begeleider in kleermakerszit, haar beide handen naar boven gekeerd op haar benen. ‘Plotseling verdwenen! Geen afscheid. Niets!’ Haar handen balden zich tot vuisten, lieten weer los en grepen opnieuw. Daar zat de vrouw, gevangen in woede en wanhoop. Haar man had haar vier jaar geleden verlaten. Hij woonde nu met een vriendin in Australië. Ze had na zijn vertrek geen contact meer met hem gehad.
De begeleider stak zijn hand uit. ‘Kijk naar die hand’, sommeerde hij. ‘Vanaf nu blijven je ogen op die hand gericht. Stel je maar voor: dit is de hand van de man die je verlaten heeft. Pak vast!’ Haar handen schoten naar voren. Met verbazende kracht greep ze hand en pols vast en trok de hand naar zich toe. ‘Rotzak!’, schreeuwde ze, ‘rotzak!’ Ze trok de hand naar haar mond en de begeleider moest veel kracht inzetten om te voorkomen dat ze hem ging bijten. Ze vocht. Ze vocht schreeuwend, onverstaanbare woorden. Haar magere lijf kronkelde en worstelde om de hand vast te houden, die de begeleider probeerde los te maken. Alle energie, zo lang opgepot, leek vrij te komen. Na een minuut of tien was ze uitgeput. Ze lag op haar rug op de grond, in haar handen hield ze nog de hand van de begeleider. Ze huilde haar wanhoop. Haar greep verslapte. ‘Zomaar weggegaan?’, vroeg de begeleider zachtjes, ‘zomaar?’ Ze huilde, maar haar huilen veranderde van kleur. De tinten zwart en rood veranderden in blauw en roze. ‘Eigenlijk niet zomaar’, zei ze uiteindelijk. ‘We hebben deze strijd gevochten vanaf het begin van onze relatie’. ‘Praat maar tegen die hand, de hand van je ex, wat zou je tegen hem willen zeggen?’ ‘Je hebt nooit werkelijk bij mij willen zijn’, zei ze. ‘Vanaf het begin van onze relatie heb ik ervoor moeten vechten. Jij was niet tevreden. Altijd keek je naar anderen!’ Haar handen kregen weer meer kracht. ‘Ik heb verdomme tien jaar voor je gevochten!’ ‘Veertien jaar’, verbeterde de begeleider. Nu gingen haar ogen wijd open. Geschokt keek ze de begeleider aan. ‘Veertien jaar?!’, fluisterde ze geschrokken. ‘Veertien jaar?’ De begeleider knikte. ‘Tien jaar terwijl hij in je bereik was. Vier jaar nadat hij weggegaan was. Precies hetzelfde gevecht. Jullie zijn niet meer bij elkaar, maar jouw gevecht is niet veranderd. Voel je wat je handen met die hand doen?’ Ze keek opzij en ervoer hoe ze hand van de begeleider, de hand van haar man, weer in een ijzeren greep hield. ‘Als ze pitbulls trainen laten ze die bijten en vasthouden. Dan hangen ze de bijtring op en gaan weg. Die honden kunnen uren blijven hangen. Jij wint. Veertien jaar….!’ Ze knikte. ‘Wat zou je nu tegen die hand willen zeggen?’ vroeg de begeleider. Haar greep verzachtte. ‘Ik ga je loslaten’, zei ze. ‘Ik heb een vergeefse strijd gestreden’. Heel langzaam werd haar greep losser en losser. Uiteindelijk liet ze de hand los en bracht haar open handen voor haar gezicht. ‘Ik heb mijn handen weer vrij’, fluisterde ze voor zich heen. ‘Genoeg gegrepen en geslagen’, knikte de begeleider, ‘tijd om te gaan strelen….’
De workshop ‘BinnensteBuiten spelen’ over werken met psychodrama technieken vindt plaats op 09, 10, 11 januari 2017. Zie onze site op www.weisfelt.nl