Werken met liefdesenergie: Daar in de wolken
‘Ik ben zo bang, zo bang dat het ergste gebeurt’, huilde ze. De begeleider zat zo opgesteld, dat de vrouw met haar rug naar haar man zat. De man had net bericht gehad, dat er een groot gezwel in zijn hoofd was ontdekt. Vijf dagen voor de operatie volgden ze gezamenlijk een workshop over ziekte en gezondheid.
‘Bijzonder om met die angst hier te komen’, zei de begeleider. Zij knikt. ‘Samen ergens anders zijn op een goede plek. Even aan wat anders denken. Maar ‘s nachts grijpt het me bij de keel. Ik lig wakker, doodsbang, en hij ligt te slapen. Wat kan ik met mijn angst?’ ‘Stel je voor dat hij gestorven is’, reageerde de begeleider. Lukt je dat?’ ‘Maar al te goed’, huilde zij. ‘Ik ben hem kwijt’. De begeleider wees naar het raam. ‘Kijk eens naar buiten, zie je die wolken daar drijven in de blauwe lucht? Stel je voor dat daar, bij die lichte rand in de wolken, zijn kern weggedragen wordt naar werelden die we niet kennen. Stel je maar voor dat je hem daar ziet. Wat wil je dan?’ Ze strekte haar beide armen uit naar de wolken die langzaam wegdreven. ‘Ik kan er niet bij’, fluisterde ze, ‘ik kan er niet bij’. Ze rekte haar armen nog verder. ‘Hij gaat steeds verder weg’, concludeerde de begeleider, ‘steeds verder uit je bereik’. Hij zat inmiddels naast haar en had een arm om haar heengeslagen. ‘Hoe is dat voor je?’ Rustig liet ze haar armen zakken. ‘Wonderlijk geruststellend’, antwoordde ze.
Het bleef een poosje stil. Zo zaten ze naast elkaar naar de reizende wolken te kijken. Toen keek ze de begeleider aan. ‘Ik ben bang om hem te verliezen’, zei ze, ‘maar het ergste is, dat ik hem niet durf los te laten’. De begeleider knikte. Weer volgde een stilte.
‘Doe ik hetzelfde met hem nu hij nog leeft?’ De begeleider keek haar aan. ‘Dat doe ik dus’, concludeerde ze. ‘Zo maak ik mijn leven afhankelijk van het zijne’, ging ze langzaam pratend verder. ‘Wat hem gebeurt, gebeurt met mij’. De begeleider zag de tranen in haar ogen. Het bleef weer stil.
‘Hij moet leven, zoals ik wil dat we leven. Zijn ziekte ontneemt me die zekerheid. Zo wordt die verdomde tumor ook mijn tumor. Maar dat klopt niet. Het is zijn tumor en ik ben zijn vrouw’. De begeleider knikte. ‘Als je hem kan laten gaan als het niet anders is, heb je in ieder geval je handen vrij om hem nu vast te houden’, suggereerde hij. Ze knikte en huilde. ‘Je weet niet hoe geruststellend dat is’, zuchtte ze. ‘Die ziekte is afschuwelijk en de dood dreigt’, zei de begeleider en met deze zinnen vertelde hij haar niets nieuws. ‘Maar juist dat kan ook nog een wonderlijk geschenk met zich meebrengen. Het vermogen om ten volle lief te hebben. De uitdagingen van liefde. Denk maar aan het volgende rijtje van Willem Zwartberg: Aanraken zonder vast te houden. Vasthouden zonder vast te klampen. Bewonderen zonder te willen bezitten. Overgave zonder verlies van autonomie. Loslaten zonder strijd. Liefde.
‘Hem in liefde loslaten’, concludeerde zij. ‘Het moeilijkste en mooiste liefdesgeschenk’, wist de begeleider. Langzaam vervaagden de wolken in de blauwe lucht.